In de jaren ’80 stierven jaarlijks meer dan 200 baby’s aan wiegendood in Nederland. De kans op wiegendood is in de afgelopen decennia sterk afgenomen door betere voorlichting en aangepaste slaapadviezen. Toch blijft het belangrijk om de risicofactoren te kennen en een veilige slaapomgeving te creëren. Recente cijfers tonen namelijk een lichte stijging: in 2022 overleden 39 baby’s onverwachts, een toename ten opzichte van de voorgaande jaren.
Wat is wiegendood?
Wiegendood, ook wel Sudden Infant Death Syndrome (SIDS) genoemd, is het onverwachte overlijden van een ogenschijnlijk gezonde baby tijdens de slaap, zonder duidelijke medische oorzaak. Dit kan een enorme angst zijn voor ouders, omdat het vaak zonder waarschuwing gebeurt. Hoewel het precieze mechanisme achter wiegendood niet volledig begrepen wordt, is er veel onderzoek gedaan naar risicofactoren en preventieve maatregelen.
Wat zijn de mogelijke oorzaken van wiegendood?
De precieze oorzaak van wiegendood is niet bekend, maar onderzoekers denken dat het een combinatie is van meerdere factoren. Er wordt vaak gesproken over een kwetsbare ademhalingscontrole bij sommige baby’s, waardoor ze niet goed reageren op een tekort aan zuurstof of een ophoping van koolstofdioxide. Dit kan gebeuren als een baby in een positie ligt waarin de luchtwegen geblokkeerd raken of als er andere externe factoren zijn die de ademhaling bemoeilijken.
Daarnaast kunnen omgevingsfactoren een rol spelen. Dit zijn onder andere:
- een buik- of zijligging tijdens het slapen, waardoor de ademhaling belemmerd kan worden
- een te zachte matras, losse dekens of knuffels in het bedje die voor verstikking kunnen zorgen
- blootstelling aan rook tijdens de zwangerschap of na de geboorte
- oververhitting door te warme kleding of een te hoge kamertemperatuur
- vroeggeboorte of een laag geboortegewicht, waardoor de regulatie van ademhaling en lichaamstemperatuur minder goed werkt
Piekleeftijd wiegendood
Wiegendood komt het vaakst voor in de eerste zes maanden van het leven, met een piek tussen de tweede en vierde levensmaand. Dit is de periode waarin de hersenen van een baby zich snel ontwikkelen en slaapcycli veranderen. Baby’s zijn in deze fase nog niet volledig in staat om zichzelf uit een gevaarlijke slaaphouding te redden, zoals met hun hoofdje naar beneden liggen.
Meer dan negentig procent van de gevallen van wiegendood vindt plaats voor de leeftijd van zes maanden. Naarmate een baby ouder wordt en meer controle krijgt over zijn of haar lichaam, neemt het risico geleidelijk af.
Kans op wiegendood na 1 jaar
Na de eerste verjaardag is het risico op wiegendood vrijwel nihil. Plotseling overlijden bij peuters wordt dan meestal niet meer als wiegendood geclassificeerd, maar valt onder andere medische oorzaken of ongelukken tijdens de slaap.
Hoewel wiegendood na een jaar niet meer voorkomt, blijft een veilige slaapomgeving belangrijk. Peuters kunnen bijvoorbeeld nog steeds risico lopen op verstikking door losse dekens, kussens of knuffels in bed. Het is daarom aan te raden om ook na de babytijd rekening te houden met veilige slaaprichtlijnen.
Hoe kun je wiegendood voorkomen?
Hoewel wiegendood niet volledig te voorkomen is, zijn er verschillende maatregelen die het risico aanzienlijk verkleinen.
- laat je baby altijd op de rug slapen, zowel ‘s nachts als tijdens dutjes overdag
- gebruik een stevig matras zonder kussens, losse dekens of knuffels
- zorg voor een rookvrije omgeving, zowel tijdens de zwangerschap als daarna
- houd de kamertemperatuur tussen de 16 en 20 graden en voorkom oververhitting
- laat je baby in zijn eigen bedje slapen in dezelfde kamer als de ouders, bij voorkeur tot zes maanden
- gebruik een slaapzak in plaats van dekens om verstikkingsgevaar te minimaliseren
- geef bij voorkeur borstvoeding, aangezien onderzoek aantoont dat dit het risico op wiegendood kan verlagen
Door deze richtlijnen te volgen, kan het risico op wiegendood met meer dan vijftig procent worden verminderd.
Inbakeren en wiegendood: is het veilig?
Inbakeren kan helpen bij het kalmeren van onrustige baby’s en het verbeteren van de slaap, maar het moet op de juiste manier worden toegepast om veilig te blijven.
Inbakeren is veilig zolang een baby altijd op de rug wordt gelegd en de inbakerdoek goed wordt gebruikt. Zodra een baby begint met omrollen, meestal rond vier tot zes maanden, moet inbakeren worden afgebouwd. Als een baby op de buik rolt terwijl hij ingebakerd is, kan dit het risico op ademhalingsproblemen vergroten.
Het is belangrijk om een goed ventilerende doek te gebruiken en ervoor te zorgen dat de heupen en benen voldoende bewegingsvrijheid hebben. Ouders die twijfelen over het gebruik van inbakeren kunnen het beste advies vragen aan een kraamverzorgende of consultatiebureau.
Een veilige slaapomgeving maakt het verschil
Hoewel wiegendood niet volledig verklaard of voorkomen kan worden, weten we inmiddels veel over de factoren die het risico vergroten en welke maatregelen kunnen helpen.
De belangrijkste punten om te onthouden zijn:
- wiegendood komt het meest voor tussen de tweede en vierde maand
- na één jaar is het risico praktisch nul
- slapen op de rug, een stevig matras en een rookvrije omgeving verkleinen het risico
- borstvoeding en slapen in dezelfde kamer als de ouders kunnen beschermend werken
Door de richtlijnen voor veilig slapen te volgen, kunnen ouders een omgeving creëren waarin hun baby zo veilig mogelijk kan slapen. Dit geeft niet alleen een geruststellend gevoel, maar draagt ook bij aan een gezonde ontwikkeling van het kind.
Geef een reactie